door Max Middel, 27 mei 2020

Herman Teerhöfer is 45 jaar oud en is van beroep geestelijk verzorger en theoloog. Sinds 2010 heeft hij 84 Auschwitz overlevenden geïnterviewd met beeld en geluid. Deze interviews hebben allemaal een boodschap tegen discriminatie, antisemitisme en het feit dat Auschwitz nooit meer plaats mag vinden. In 2018 richtte hij de Smolinski Foundation op. Teerhöfer geeft veel gastlessen op middelbare scholen en hogescholen en hij geeft diverse lezingen. Hij vindt het belangrijk dat deze verhalen bewaard blijven voor de toekomstige generatie.

“Ik vind het belangrijk dat deze getuigenissen van de eerste generatie bewaard blijven voor toekomstige generaties. Ik wil jonge mensen laten nadenken over wat er is gebeurd.” Er werd vroeger veel gediscrimineerd en joden werden buitengesloten. “Het begon klein: dat je als joodse persoon niet meer naar de bioscoop mocht of ergens op een bankje in het park mocht gaan zitten. Daarna moest je naar een aparte school voor joodse leerlingen. Ik wil duidelijk maken wat dit kan betekenen en waar het naar toe kan leiden. In mijn interviews is het belangrijkste thema de krachtbronnen. De focus is: hoe hebben mensen zich geestelijk op de been gehouden ondanks een gevangenschap van soms wel 3 jaar?”, begint Teerhöfer.

“Auschwitz was een vernietigingskamp. Weinigen zijn daar de dans ontsprongen, het was hel op aarde. Er zijn daar heel veel mensen vermoord, voornamelijk joodse mensen. Het is niet te bevatten dat dit 75 jaar geleden heeft plaatsgevonden.” Het is bijzonder dat Herman zo veel overlevenden heeft kunnen spreken. “Elk mens en elk levensverhaal is uniek. Het verhaal raakt mij altijd, ook bij de 84e. Ik probeer de mensen en hun levensverhaal tot hun recht te laten komen en daarbij aan te sluiten.”

Tegenspreken in Auschwitz

Als Teerhöfer gevraagd wordt welk interview hij het meest bizar vond, komt hij met het volgende verhaal van vier vrouwen die hij heeft geïnterviewd. “Deze vrouwen zaten in het medisch experimentenblok in Auschwitz. De vrouwen werden opgeroepen met hun nummer, ze hadden toen geen naam meer. Ze werden meegenomen voor medische experimenten met als doel om ze onvruchtbaar te maken, ze wilden bijvoorbeeld de eileiders doden”, begint Teerhöfer. “Eén van die vrouwen vertelde mij dat als ze pijn had, zei dat het niet zo was. Als ze geen pijn had zei ze het omgekeerde. Ze wilde hiermee de zogenaamde artsen en verpleegkundigen om de tuin leiden. Deze mevrouw moest ook een keer de villa van dokter Carl Clauberg opruimen, er was namelijk een feest geweest. Er lagen allemaal etensrestjes, maar omdat ze te vies was van die man heeft ze het niet gegeten terwijl ze het wel kon gebruiken. Ook daarin heeft ze geprobeerd om er boven te staan. Ze dacht: ‘ze willen mij toch wel dood maken’, maar ze heeft met veel wilskracht geprobeerd om in leven te blijven en dat is gelukt.”

Ontkomen aan de gaskamers

“Toen de gevangenen in Auschwitz aankwamen werd er een grote groep naar de gaskamers gestuurd, maar bij dit transport zijn er meer dan 100 vrouwen geselecteerd voor blok 10, het medisch experimentenblok, waaronder ook deze vier vrouwen. Zij kregen daar iets meer te eten en ze hoefden geen zwaar werk te verrichten in verschillende zware weersomstandigheden, dat heeft tweederde van de groep vrouwen uit blok 10 gered.”

Gelukkig konden deze vrouwen het verhaal nog na vertellen aan Herman Teerhöfer, want in 1945 werden ook zij bevrijd. “Half januari 1945 moesten ze in de ‘dodenmars’ het kamp verlaten, omdat de Russen optrokken naar Auschwitz. Toen is een groot deel van Auschwitz naar Ravensbrück gedeporteerd. Daar zijn ze pas in mei 1945 bevrijd.”

Herman Teerhöfer heeft nog een interview uitgekozen, een gesprek waar hij echt op één lijn zat met de overlevende. “Ik heb Max Hamburger geïnterviewd, hij was arts. In februari 1944 kwam hij op 24-jarige leeftijd in Auschwitz, maar toen hij aankwam vonden de Duitsers hem te jong om arts te zijn. Daarom moest hij tijdelijk allerlei onderdelen van vliegtuigen uit een trein halen, dat was echt zwaar lichamelijk werk. Dit zware werk heeft hij ook maar enkele weken verricht. Normaal zou je dit maar gemiddeld 2 tot 3 maanden volhouden.”

“Daarna moest hij zich melden bij iemand om een examen af te leggen om te kijken of hij wel echt arts was. Als hij de verkeerde antwoorden had gegeven moest hij wederom het zware werk doen. Het was hem gelukkig gelukt. Hij moest later de grote barakken in Auschwitz ontluizen.” Hamburger kreeg meer te eten voor zijn werk en hield daarom wat over voor zijn collega’s. “Uit solidariteit heeft hij zijn soep ergens achtergehouden voor zijn collega’s die wel het zware werk moesten doen. Het heeft hem erg goed gedaan dat hij in die omstandigheden toch daaraan heeft gedacht. Hij kon het natuurlijk zelf heel goed gebruiken, maar hij wilde het goede doen door te delen met anderen.”

Kruipend naar het ziekenhuis

“Uiteindelijk werd Max Hamburger in april 1945 in Buchenwald bevrijd. Hij woog toen 35 kilo. Bij de bevrijding kwam er nog een soldaat aan en gaf hem nog een schop, maar hij heeft hem niet doodgeschoten wat hij in eerste instantie wilde doen. Hij moest kruipend naar het ziekenhuis, hij was zo zwak dat hij niet meer kon lopen”, aldus Teerhöfer over de bevrijding van Max Hamburger.

“Na de oorlog is hij psychiater geworden en heeft hij veel andere overlevenden begeleid om met hun trauma’s om te gaan. Toen ik hem vroeg of hij is toegekomen om zijn eigen trauma te verwerken zei hij: ‘nee, ik heb mij altijd in dienst gesteld van een ander.’”

Nooit meer Auschwitz

“De vraag Nooit meer Auschwitz stel ik altijd aan de mensen die ik interview. En ik merk toch altijd dat ze dan bang zijn voor de toekomst. Niet dat Auschwitz op dezelfde manier zou plaatsvinden, maar als je in de wereld kijkt naar landen zoals Rusland, Noord-Korea, Irak of Iran weet je niet welke kant het op kan gaan. Vrede is een breekbaar begrip.”

Max heeft dit interview gemaakt in het kader van zijn examenopdracht aan het Mediacollege in Amsterdam t.b.v. het Nationaal Auschwitz Comité.